Statuten van de Stichting Duurzaam Verder.
NOTARISKANTOOR GREGOIRE
OPRICHTING STICHTING
DOSSIERNUMMER: ® 2005. 00 00 91. 01 [RdR/JSW]
Stichting Duurzaam Verder.
Heden, de tweede februari twee duizend vijf,
verschijnt voor mij, Meester Johannes Baptist Gregoire,
notaris gevestigd te Rotterdam:
De heer
x x x x
(Uit privacy overwegingen zijn de namen van onze bestuursleden
van het internet verwijderd. Op uw verzoek sturen wij u gaarne een uittreksel
KvK met
de gegevens van onze bestuursleden. Uiteraard kunt u deze gegevens ook zelf
opvragen bij de Kamer van Koophandel),
geboren te Rotterdam,
op twee en twintig mei
negentienhonderd drie en vijftig,
ongehuwd,
en niet geregistreerd als
partner in de zin van het geregistreerd partnerschap,
van wie
de identiteit door mij, notaris, is vastgesteld aan
de hand
van geldig Nederlands paspoort, gekenmerkt x x x x x,
afgegeven te Rotterdam,
op
achttien juli twee duizend twee.
V-E-R-K-L-A-R-I-N-G-E-N :
VERKLARING VAN OPRICHTING ; STATUTEN.
De comparant (verschijnende persoon) verklaart:
De
verschijnende persoon richt bij deze een stichting op;
hierna: de stichting;
De
stichting wordt geregeerd door de volgende:
S T A T U T E N
BEGRIPSBEPALINGEN.
Artikel 1.
Steeds als in de statuten van de stichting of in een
reglement van de stichting sprake is van:
‑
"(het) bestuur"
wordt daarmee bedoeld: het bestuur van de stichting;
‑
"(de) statuten"
wordt daarmee bedoeld: de statuten van de stichting;
‑
"gewone meerderheid van stemmen"
wordt daarmee bedoeld: (ten minste) de helft plus één van de uitgebrachte
stemmen;
en ingeval het aantal uitgebrachte stemmen oneven is: de kleinst mogelijke
meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
NAAM EN ZETEL.
Artikel 2.
1.
De stichting draagt de naam: Stichting Duurzaam Verder.
2.
De stichting is gevestigd te Rotterdam.
DOEL EN MIDDELEN.
Artikel 3.
1.
De stichting heeft ten doel:
Het bevorderen van een duurzame en rechtvaardige samenleving;
Het –in het kader van het vorenstaande- optreden als wegwijzer
en aanwijzer op gebied van onder meer gezondheid, gezondheidsbewustzijn,
natuurvoeding, lifestyle, natuur en milieu;
een en ander in de meest ruime zin;
en ook alles wat -in de meest ruime zin- met het
vorenstaande verband houdt/het vorenstaande kan bevorderen.
2.
De stichting tracht dit doel te bereiken door uitsluitend wettige middelen,
zoals:
Het verzamelen van kennis en informatie en het beschikbaar stellen daarvan;
Het (doen) verrichten van onderzoek;
Het doen van analyses;
Het implementeren van kennis in beleid/uitvoering;
Het middels Internet beheren en beschikbaar stellen van informatie
Het (doen) bieden van een platform op Internet;
Het bevorderen, initiëren, uitvoeren, doen uitvoeren, begeleiden en coördineren
van projecten, waaronder ook in het onderwijs, zoals op basisscholen.
3.
De stichting beoogt niet het behalen van winst.
4.
De stichting heeft niet ten doel het doen van uitkering(en) aan haar
oprichter(s) en/of aan haar bestuurder(s) en/of aan eventuele medewerkende(n)
en/of aan een of meer anderen, die van een orgaan van de stichting deel uitmaken
of bij de stichting enig belang hebben.
5.
De stichting kiest als richtlijn voor haar handelen en nalaten
steeds respect voor de mens en voor de flora en fauna die de mens omringt en
gaat bij dat handelen en nalaten steeds uit van de noodzaak tot mensvriendelijke, milieuvriendelijke en diervriendelijke productie en consumptie.
DUUR.
Artikel 4.
De stichting duurt onbepaalde tijd voort.
DONATEURS ; SPONSORS.
Artikel 4A.
1.
Donateurs zijn zij, die zich als zodanig schriftelijk hebben aangemeld bij het
bestuur en zich daarbij jegens de stichting verbonden hebben tot betaling.
Ook rechtspersonen kunnen donateur zijn.
Het bestuur kan een donateur als zodanig weigeren.
2.
Sponsors zijn zij die zich bereid hebben verklaard om de stichting -al dan niet
gedurende een bepaalde periode- op een of meer bepaalde wijzen -met geldmiddelen
en/of anderszins- te ondersteunen,
en met wie de stichting daartoe een schriftelijk vastgelegde overeenkomst
gesloten heeft.
Ook rechtspersonen kunnen sponsor zijn.
Een sponsor hoeft echter geen rechtspersoonlijkheid te hebben.
BESTUUR.
Artikel 5.
1.
Het bestuur is belast met het besturen van de stichting.
2.
Er zijn ten minste drie bestuurders; voor het overige stelt het bestuur het
aantal bestuurders vast; zo mogelijk op een oneven getal.
3.
Het eerste bestuur wordt bij de akte van oprichting van de stichting benoemd.
Daarna wordt iedere bestuurder benoemd door het bestuur.
Iedere bestuurder kan door het bestuur worden geschorst en ontslagen.
Het bestuur kan daartoe echter alleen besluiten nadat de betrokkene in de
gelegenheid is gesteld om zich in een vergadering van het bestuur te
verantwoorden.
Een schorsing eindigt als deze niet binnen drie maanden door een besluit tot
ontslag is gevolgd.
4.
Als in het bestuur tussentijds een vacature ontstaat wordt daarin zo spoedig
mogelijk voorzien; het bepaalde in de statuten wordt daarbij in acht genomen.
5.
Het bestuur kan een rooster opstellen op grond waarvan elk jaar een of meer
bestuurders aftreden.
Degene die is benoemd in een tussentijds ontstane vacature neemt op dat rooster
de plaats in van zijn onmiddellijke voorganger.
6.
Als de stichting geen drie bestuurders meer heeft, maar wel twee, blijft het
bestuur wettig samengesteld en volledig bevoegd, maar moet in de ontstane
vacature(s) wel zo spoedig mogelijk voorzien worden.
Blijft er nog maar één bestuurder over dan is deze tot niets anders bevoegd dan
tot benoeming van een of meer bestuurders; bovendien kan hij ontslag nemen.
Als het bestuur geheel ontbreekt geldt de regeling in de Wet.
7.
Een bestuurder houdt op bestuurder te zijn:
a. zodra hij overlijdt;
b. als hij de vrije beschikking over zijn gehele vermogen verliest;
c. als hij ontslag neemt; zo mogelijk doet hij dit met een redelijke termijn
van opzegging;
d. als hij ontslagen wordt;
e. als Artikel 2:298 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek op hem wordt toegepast.
8.
Een bestuurder kan ten laste van de geldmiddelen van de stichting en haar overig
vermogen niets verkrijgen, in welke vorm, onder welke naam of op welke grond
ook; ongeacht of dat zou gebeuren om niet of omdat de bestuurder ten behoeve van
de stichting werkzaamheden of diensten heeft verricht;
Wel kan een bestuurder vergoeding ontvangen van de onkosten die hij bij de
uitoefening van zijn taak heeft gemaakt; daartoe moet hij dan de nota's en
andere bescheiden waaruit die onkosten blijken aan het bestuur overleggen.
9.
Indien en zolang de stichting een rechtspersoon is en wenst te blijven zoals
bedoeld in Artikel 24 lid 4 van de Successiewet 1956 geldt het volgende:
Twee/derden van het totaal aantal van de bestuurders
mogen ten opzichte van elkaar niet zijn:
huwelijkspartners;
geregistreerd partners ingevolge geregistreerd
partnerschap;
met elkaar samenwonenden;
bloedverwanten tot en met de vierde graad;
aanverwanten tot en met de vierde graad.
COMMISSIES.
Artikel 5A.
Bij de uitoefening van zijn taak kan het bestuur -onder
zijn verantwoordelijkheid- bijgestaan worden door een of meer commissies.
Het
bestuur stelt deze in en bepaalt de taak en werkwijze daarvan.
Het bestuur wijst aan wie er in zo’n commissie zitting
hebben, kan binnen elke commissie personen van hun taak ontheffen of vervangen
en is bevoegd om een commissie op te heffen.
Artikel 6.
1.
Het bestuur kiest uit de bestuurders een voorzitter, een secretaris en een
penningmeester.
Dezen vormen samen het dagelijks bestuur van de stichting.
Dezelfde persoon kan secretaris en tevens penningmeester zijn.
2.
Het bestuur stelt zelf zijn werkwijze vast, maar neemt daarbij de inhoud van de
statuten in acht.
3.
Het bestuur is bevoegd tot het sluiten van de overeenkomsten die zijn omschreven
in Artikel 2:291 van het Burgerlijk Wetboek.
VERTEGENWOORDIGING.
Artikel 7.
1.
De stichting wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd:
‑ door het bestuur; tenzij uit de Wet anders voortvloeit;
‑ door twee gezamenlijk handelende bestuurders, onder wie in elk geval de
voorzitter, de secretaris of de penningmeester.
2.
Het bestuur kan aan bestuurders en/of aan anderen volmacht geven om de stichting
‑zelfstandig of met een of meer anderen‑ binnen de grenzen van die volmacht in
en buiten rechte te vertegenwoordigen.
De stichting wordt daardoor verbonden.
VERGADERINGEN.
Artikel 8.
1.
Het bestuur vergadert een maal per jaar en ook als ten minste twee bestuurders
een vergadering wensen.
De voorzitter nodigt de bestuurders uit voor elke bestuursvergadering; hierna
aan te duiden als: (de) vergadering.
2.
De voorzitter van het bestuur treedt ook op als voorzitter van elke vergadering;
als de voorzitter afwezig is bepaalt de vergadering zelf wie als leider daarvan
optreedt.
3.
Iedere bestuurder heeft één stem. Blanco stemmen en ongeldige stemmen worden
geacht niet uitgebracht te zijn.
Een bestuurder kan zich in de vergadering laten
vertegenwoordigen, maar uitsluitend door een andere bestuurder en op grond van
een aan deze schriftelijk gegeven volmacht.
4.
Alle besluiten in vergadering worden genomen met gewone meerderheid van stemmen;
maar dat geldt niet als de statuten een grotere meerderheid voorschrijven.
Als ten aanzien van een voorstel de stemmen staken wordt het geacht verworpen te
zijn.
5.
In vergadering kan alleen rechtsgeldig besloten worden als daar ten minste de
helft van het totaal aantal bestuurders aanwezig/
vertegenwoordigd is.
Indien in een vergadering aan dat vereiste niet is voldaan wordt tussen de
veertiende en de een en dertigste dag daarna opnieuw een vergadering gehouden.
Daarin kan ongeacht het aantal aanwezige/vertegenwoordigde bestuurders
rechtsgeldig worden besloten over alle onderwerpen die in de eerst gehouden
vergadering aan de orde werden gesteld en die bovendien in de uitnodiging voor
de tweede vergadering vermeld zijn.
Het hier bepaalde geldt niet voor besluiten zoals bedoeld in artikel 12 van de
statuten.
Artikel 9.
1.
In elke vergadering houdt de secretaris van het bestuur de notulen; als deze
afwezig is bepaalt de vergadering zelf wie dat zal doen.
De vergadering stelt de notulen vast. Daarna worden zij door de voorzitter en de
secretaris van de vergadering ondertekend.
2.
Het bestuur kan ook buiten vergadering worden geraadpleegd, maar uitsluitend
schriftelijk, telegrafisch, per telefax of anderszins middels telecommunicatie
en alleen als alle bestuurders zich op een van deze wijzen over het voorstel
uitspreken en bovendien geen van de bestuurders tegen besluitvorming op deze
wijze bezwaar heeft gemaakt.
Het bepaalde in artikel 8 van de statuten is zoveel mogelijk van overeenkomstige
toepassing.
Van elk aldus genomen besluit wordt door het bestuur aantekening gehouden en
door de voorzitter en secretaris van het bestuur ondertekend.
Op besluiten zoals bedoeld in artikel 12 van de statuten kan het hier bepaalde
niet worden toegepast.
GELDMIDDELEN.
Artikel 10.
De geldmiddelen van de stichting bestaan uit:
-
wat wordt verkregen krachtens erfstelling, legaat of schenking;
-
bijdragen in geld, van welke aard ook, al dan niet vrijwillig;
-
subsidies, renten en andere baten.
BOEKJAAR.
Artikel 11.
1.
Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar.
2.
Elk jaar per een en dertig december worden de boeken van de stichting
afgesloten.
3.
Jaarlijks, binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, maakt het bestuur een
balans op betreffende het kapitaal van de stichting en ook een staat van baten
en lasten betreffende de inkomsten en uitgaven van de stichting over het
afgelopen boekjaar en stelt hij een en ander op papier.
4.
Vaststelling door het bestuur ‑desgewenst na controle door een
(register‑)accountant- van de stukken zoals bedoeld in lid 3 van dit artikel
strekt de penningmeester tot décharge voor zijn financiële beheer over het
desbetreffende boekjaar.
STATUTENWIJZIGING; FUSIE; SPLITSING; ONTBINDING.
Artikel 12.
1.
Elk besluit tot wijziging (aanvulling daaronder mede begrepen) van de statuten,
tot het aangaan van een fusie en tot het aangaan van een splitsing, beide zoals
bedoeld in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, waarbij de stichting betrokken is
en tot ontbinding van de stichting kan slechts worden genomen in een vergadering
die voor dat doel speciaal ‑schriftelijk‑ wordt bijeen geroepen en waarin alle
bestuurders aanwezig zijn, en uitsluitend met een meerderheid van ten minste
twee/derden van de uitgebrachte stemmen.
2.
Als in een hier bedoelde vergadering niet alle bestuurders aanwezig zijn, wordt
tussen de veertiende en de een en dertigste dag daarna opnieuw een vergadering
gehouden. Daarin kan ongeacht het aantal aanwezige bestuurders over het
desbetreffende voorstel worden besloten, echter niet anders dan met een
meerderheid van ten minste twee/derden van de uitgebrachte stemmen.
3.
Geen wijziging van de statuten is van kracht dan nadat deze is opgenomen in een
notariële akte.
Tot ondertekening van die akte is iedere bestuurder afzonderlijk en zelfstandig
bevoegd.
4.
Ingeval van ontbinding door besluit van het bestuur treden de bestuurders als
vereffenaars van het vermogen van de ontbonden stichting op; maar het bestuur
kan een of meer andere vereffenaars aanwijzen.
5.
Tijdens de periode van vereffening blijven de statuten zo veel mogelijk van
kracht.
6. Een eventueel batig saldo na vereffening wordt door het
bestuur bestemd voor een of meer doelen die volgens het bestuur het meest aan
het doel van de stichting nabij komen.
HUISHOUDELIJK REGLEMENT.
Artikel 13.
Het bestuur kan een huishoudelijk reglement en een of meer
andere reglementen vast stellen en daarin alles regelen waarvan volgens het
bestuur nadere regeling nodig is.
Een reglement mag niets bepalen in strijd met de Wet en/of
met de statuten.
ONVOORZIENE GEVALLEN.
Artikel 14.
In alle gevallen waarin de Wet, de statuten en ook de
reglementen van de stichting niet voorzien, beslist het bestuur.
BENOEMING EERSTE BESTUUR.
Ten slotte verklaart de verschijnende persoon:
Voor
het eerst -en wel bij deze akte- worden tot bestuurders van de
stichting benoemd:
als
VOORZITTER :
De heer x x x x x, voornoemd;
als
SECRETARIS :
De heer x x x x x,
geboren te Rotterdam,
op twee juli negentienhonderd vier en zestig;
als
PENNINGMEESTER :
Mevrouw x x x x x,
geboren te Oss,
op twee april negentienhonderd zes en vijftig.
De verschijnende persoon is mij, notaris, bekend.
WAARVAN AKTE,
in minuut is verleden te Rotterdam op de datum in het hoofd
van deze akte vermeld.
Na zakelijke opgave van- en het geven van- een toelichting
op de inhoud van deze akte aan de verschijnende persoon, heeft deze verklaard
van de inhoud van deze akte te hebben kennisgenomen en op volledige voorlezing
daarvan geen prijs te stellen.
Vervolgens is deze akte na beperkte voorlezing door de
verschijnende persoon en mij, notaris, ondertekend, en zijn alle pagina’s van
deze akte door mij, notaris, van een paraaf voorzien,
om tien uur zesentwintig minuten.
|
Stichting
Duurzaam Verder |
|
|